Er is een flinke stijging van arbeidsongeschiktheid bij medewerkers boven de 60 jaar. Waar heeft dit mee te maken?

Stijging arbeidsongeschiktheid bij 60-plussers

Uit de praktijk blijkt dat er een sterk stijgende lijn is te zien van arbeidsongeschikte medewerkers boven de 60 jaar. Dit is mede te wijten aan de stijgende pensioenleeftijd, veranderende werkomstandigheden, ziekte, te hoge werkdruk en stress. Bij het UWV blijkt dat er steeds meer oudere werknemers uitvallen met klachten, waarbij er sprake is van langdurig ziekteverzuim. Na twee jaar ziekte komen deze medewerkers in de WIA. Uiteraard zijn hier verschillende oorzaken aan onderhevig, maar langdurig ziekteverzuim komt steeds meer voor. Dit kunnen zowel psychische klachten zijn, maar ook fysieke en mentale klachten, wat leidt tot een hoog ziekteverzuim onder deze doelgroep.

Waarom wordt iemand arbeidsongeschikt?

De redenen dat iemand arbeidsongeschikt raakt kunnen divers zijn. Gunstige werkomstandigheden, mogelijk aangepast werk en minder uren kunnen maken, kan bijdragen aan de werktevredenheid onder deze doelgroep. De vitale medewerkers boven de 60 willen mogelijk wel langer werken, maar er is ook een doelgroep die fysiek zwaar werk levert en die eigenlijk wel eerder wil stoppen. Dit is echter lang niet altijd mogelijk, mede gezien verlies aan pensioen. Hoe langer iemand moet doorwerken binnen een ‘zwaar’ beroep, hoe meer deze gevoelig wordt voor klachten. Eigenlijk zou iedereen na zijn 60-ste de keus moeten hebben hoe je de rest van je werkende jaren tot je pensioen wilt blijven werken in de meest gunstige omstandigheden. Dit zou het ziekteverzuim en uitval ook meer tegengaan.

Goede afspraken maken tussen werkgever en werknemer

Er zullen goede afspraken naar haalbaarheid gemaakt moeten worden tussen werkgevers en oudere werknemers. Een beroep kan zowel fysiek als mentaal zwaar te zijn. Denk aan beroepsgroepen binnen de zorg, het onderwijs, productie, industrie, bestuursfuncties e.d. Hou ouder iemand wordt, hoe meer belastend bepaalde taken en verantwoordelijkheden kunnen worden. Waar je als jongere je hand niet voor omdraaide, kan het op je 60ste steeds lastiger zijn. Zeker als er klachten ontstaan die het belemmeren om je functie goed te kunnen blijven uitvoeren. Het is van belang dat werkgevers en werknemers tijdig met elkaar evalueren wat haalbaar is en wat niet. Je kunt niet verwachten dat een oudere werknemer hetzelfde tempo kan behalen als de jongere generatie.

Arbeidsongeschiktheid verminderen

Om arbeidsongeschiktheid bij oudere werknemers boven de 60 te verminderen, moeten werkgevers en werknemers met elkaar rond de tafel. Zeker als een werknemer aangeeft dat hij het niet goed meer kan volhouden. Het is misschien (financieel gezien) niet altijd mogelijk om minder te werken, maar wellicht kan het werk, waar nodig, wel aangepast worden. Elke oudere medewerker heeft weer andere behoeften. Het zou mooi zijn als een werknemer deze kan voorleggen. Samen met de werkgever kijken naar duurzame oplossingen om ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid te verminderen. Een aantal mogelijkheden (afhankelijk van de haalbaarheid) hiervoor kunnen zijn:

  • Een dag minder werken
  • Mogelijk meer thuis werken, dus minder reistijd
  • Andere functie met minder belasting binnen de organisatie
  • Aangepaste taken en verantwoordelijkheden of jobcarving
  • Kennis en ervaring inzetten om jongeren op te leiden
  • Meer hulp en ondersteuning bij het uitoefenen van de taken
  • Meer competentiegericht werken i.p.v. iedereen moet alles kunnen
  • Een eventuele carrièreswitch op latere leeftijd in andere sector

Dit zijn maar een paar voorbeelden, maar hier zouden werkgevers en werknemers goede afspraken over moeten maken. Stijging van arbeidsongeschiktheid boven de 60 jaar zal een blijvende zorg zijn, zeker binnen zwaardere beroepen, waarbij de haalbaarheid van doorwerken tot je 67ste penibel is. Het is echter aan de politiek om hier beter beleid op te maken om deze meer kwetsbare doelgroep oudere werknemers te beschermen tegen langdurige arbeidsongeschiktheid.

Hoge instroom arbeidsongeschiktheid bij het UWV

In diverse leeftijdsgroepen stijgt het aantal mensen dat arbeidsongeschikt raakt, maar de enorme stijging is vooral te zien bij 60-plussers. Het is al even gaande dat het UWV deze toestroom niet aankan, waardoor de wachttijden voor de WIA beoordeling behoorlijke vertraging oplopen. Door een tekort aan verzekeringsartsen, zal nu een arbeidsdeskundige de WIA aanvraag beoordelen. De doelgroep 60-plussers wordt al niet meer beoordeeld door een arts. Derhalve wordt dan vaak een voorschot vanuit de WIA gegeven en wordt achteraf beoordeeld of iemand hier wel of geen recht op had. Indien dit niet het geval is, zal er terugbetaald moeten worden. Dit is natuurlijk geen gunstige ontwikkeling en geeft veel onzekerheid bij arbeidsongeschikte oudere werknemers.

Arbeidsongeschikt en re-integreren naar ander werk

Als een oudere werknemer met ziekte uitvalt, zal een werkgever hem of haar moeten helpen met re-integreren. Juist bij deze doelgroep ligt langdurig ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid op de loer. Daarom is het van belang dat werkgever en werknemer snel de aandacht leggen op duurzame re-integratie. Daarbij is het van belang dat alle mogelijkheden om te kunnen (blijven) werken of terugkeer naar werk onderzocht worden. Vaak wordt hier een re-integratietraject spoor 1 voor opgezet. Hierbij kan een werknemer op een goede manier begeleidt worden naar terugkeer naar werk bij de werkgever. Indien een oudere werknemer zijn eigen functie niet meer (goed) kan uitvoeren, zal een werkgever moeten kijken naar alle andere mogelijkheden binnen de organisatie.

Re-integratie tweede spoor elders op de arbeidsmarkt

Als het niet meer mogelijk is om de oudere werknemer terug te laten keren naar zijn eigen functie of een andere functie binnen de organisatie, kan er een re-integratietraject spoor 2 aangeboden worden. Dan wordt gekeken naar de kansen en mogelijkheden buiten de organisatie. Zeker als er een minder zware en belastende functie gezocht moet worden. Wellicht met minder uren als dat kan en waarbij er vooral wordt gekeken naar de vaardigheden en competenties waarmee de werknemer ook iets anders zou kunnen doen. Zeker als dit beter bij hem of haar past. Door de grote personeelstekorten op de arbeidsmarkt, kan gekeken worden of een oudere werknemer ergens anders kan instromen. Dit kan gunstig uitpakken als de werknemer kan werken naar eigen kunnen en waarbij hij of zij bepaalde tekorten kan opvullen.

Maatwerk re-integratietraject voor oudere werknemers

In de afgelopen jaren hebben wij vanuit ons re-integratiebureau al meerdere oudere werknemers geholpen met een maatwerk re-integratietraject. Zowel in het eerste als tweede spoor. Ook is het mogelijk om spoor 1 en spoor 2 tegelijk in te zetten. Zeker als de kans bestaat dat er nog (nieuwe) mogelijkheden gecreëerd kunnen worden in de huidige organisatie. Wilt u als werkgever een medewerker bij ons aandragen of wil je als werknemer door ons begeleidt worden in je re-integratie of bij arbeidsongeschiktheid, ga dan naar ons contactformulier en dan nemen wij spoedig contact op.

“Re-integratie inzetten bij arbeidsongeschiktheid en ander werk”